Zuinig wassen en drogen

Wat is zuinig eigenlijk? Het leuke is dat bijna elke definitie van zuinig wassen goed is en dat het allemaal met elkaar te maken heeft. Bijvoorbeeld: als je zuinig bent met je wasmiddel dan bespaar je kosten én beperkt je de schade voor het milieu!

In dit artikel nemen we je mee door de wondere wereld van het wassen en drogen! Heb je al vaak blogs gezien met wastips? Wij wel! Wij garanderen je dat deze lijst volledig is en dat je erop kunt vertrouwen dat je enorm kunt besparen. Geloof je ons niet? We dagen je uit om jouw gouden tip met ons te delen!

Slim wassen

De 8 beste wastips die altijd gelden! Hier zijn ze:

1. Was zoveel mogelijk met een volle trommel. Dat is de zuinigste manier van wassen- en drogen. Bij een Katoenwas kun je de trommel helemaal volproppen. Bij een fijne of kreukherstellende was is de trommel bij maximale belading ongeveer half vol.
2. Was vooral op een lage temperatuur. Een wasje op 60°C kost bijna 2 keer zoveel stroom als een wasje op 40°C. Boven de 60 °C dood je bacteriën, daaronder niet. Dus als je op 40°C wast kun je net zo goed op 30°C wassen . Wil je alleen even wat opfrissen dan kun je de temperatuur nog lager zetten.
3. Wil je op nog lagere temperaturen wassen – bijvoorbeeld 20 °C – hou er dan rekening mee dat je speciaal wasmiddel gebruikt. Het meeste wasmiddel lost namelijk niet op onder de 30 °C.
4. Uit onderzoek is gebleken dat Nederlanders gemiddeld 30% te veel wasmiddel gebruiken. Dit is slecht voor de wasmachine, het milieu, je kleding, je huid en je portemonnee. Zelfs de aanbevolen hoeveelheid wasmiddel op de verpakking is vaak te veel. Gebruik eens de helft. Als het gaat schuimen heb je teveel gebruikt.
5. Was tijdens daluren, dan is de energie goedkoper! Heeft je wasmachine een ‘uitgestelde starttijd’ functie? Gebruik die dan en haal het wasje ‘s ochtends uit de trommel.
6. Voorwasprogramma: het voorwasprogramma kun je echt overslaan, dat is meestal niet nodig tenzij de modderige sportkleding al dagen in de wasmand ligt.
7. Katoenprogramma’s duren langer, maar zijn een stuk zuiniger. De fijne was kan niet goed tegen zoveel gedraai, maar als het wasgoed het wel toelaat, laat het apparaat dan langer draaien op een katoenprogramma.
8. Goed scheiden van de fijne was is belangrijk. Witte fijne was wordt snel grauw. Maar scheid ook sterk vervuilde was van licht vervuilde was. Die laatste kun je prima op nog lagere temperaturen wassen. Witte was kan beter tegen hogere temperaturen dan bonte was.

 

Slim drogen

Ook voor het drogen hebben we een top 10. Het is natuurlijk niet mogelijk om wasmiddel te besparen, maar des te meer potentie om minder elektriciteit te gebruiken!

1. Hang als het even kan de was aan de lijn. Ook al wonen we in een regenachtig land, de gemiddelde Nederlander met een wasdroger hangt nog steeds gemiddeld 40 procent van de was op de lijn. Dat scheelt!
2. Centrifugeer op de hoogste stand als je de was daarna in de droger doet. Sommige wasmachines, zoals de Miele W1 die je krijgt bij een Bundles abonnement, pakken automatisch de juiste centrifuge stand.
3. Kies een automatisch programma. Dat is altijd zuiniger dan een programma met een vaste tijd omdat de wasdroger dan harder moet werken om het gewenste resultaat precies binnen de ingestelde tijd te bereiken.
4. Verwijder zo vaak mogelijk de pluizen. Hoe meer pluizen er in de filters zitten hoe harder het apparaat moet werken om de was droog te krijgen. Reinig de filters als de droger aan staat, maar niet draait. Dus voordat je op ‘start’ hebt gedrukt.
5. Grote stukken – zoals beddengoed – worden vaak niet helemaal droog. Gebruik voor deze stukken niet het energielabel programma, maar gebruik de functie ‘opfrissen’. De trommel draait dan wat vaker heen en terug waardoor de grote stukken niet in elkaar draaien.
6. Plaats de wasdroger als het even kan in een ruimte waar het niet te koud is zodat de droger minder energie nodig heeft om op te warmen!
7. Gebruik zoveel mogelijk lage temperatuur droogprogramma’s. Als je wasdroger een ‘bespaar’ of ‘voorzichtig’ stand heeft kan dit ook veel energie schelen. Het duurt wel wat langer, maar is ook veel beter voor je wasgoed.
8. Je kunt beter niet ‘het droogste’ programma op je wasdroger kiezen. Om het laatste beetje vocht uit de kleding te halen moet de machine enorm hard werken. Kies dus bijvoorbeeld voor ‘bijna droog’ en zet als de droger klaar is even de deur open of leg het nog even in een wasmand.
9. Gebruik je de droger vooral om je kleding lekker zacht te krijgen? Kies dan een kort droogprogramma. Gooi je wasgoed bijvoorbeeld 10 minuten in de droger voordat je het ophangt. Zo verbruik je weinig energie en heb je toch lekker zachte handdoeken.
10. Haal de was snel na het einde van het programma uit de trommel. Zo voorkom je overbodig energieverbruik in de antikreukstand of standby stand.

 

Seizoenstips

Net als dat je het best met het seizoen mee kunt eten, kun je ook het best met het seizoen mee wassen! Zo is het bijvoorbeeld in de zomer makkelijker om je was op te hangen in plaats van in de droger te stoppen. Best logische natuurlijk, maar hou er wel rekening mee!
In de winter heeft je wasmachine meer energie nodig om het water op te warmen. Het leidingwater is namelijk kouder in de winter. Het is nu nog belangrijker om met een volle trommel te wassen en het loont nog meer om in de avond te wassen als je het lagere daltarief betaalt.